Wikipedia beschrijft de kinderpsychologie (ontwikkelingspsychologie) als volgt:
‘De ontwikkelingspsychologie bestudeert gedrag, denken en beleven van mensen in de verschillende levensfasen, vanaf de geboorte tot aan het einde van het leven. Aanvankelijk richtte men zich alleen op de ontwikkeling van baby tot volwassene, de periode van grootste ontwikkeling en verandering. Toen noemde men het nog ‘kinderpsychologie’ en ‘puberteitspsychologie’. Maar omdat in deze termen het aspect van de voortdurende ontwikkeling en verandering van gedrag, denken en beleven, onvoldoende tot uiting kwam, en men juist geïnteresseerd was in de oorzaken en gevolgen van die ontwikkelingen, is men de term ‘ontwikkelingspsychologie’ gaan verkiezen’.
In de praktijk betekent dit in dat een kinderpsycholoog zich bezighoudt met de ontwikkeling van kinderen in de leeftijd van 0-21 jaar en kinderen en ouders begeleidt als er in deze ontwikkeling iets niet helemaal soepel verloopt.
Ouders kunnen bij een kinderpsycholoog terecht als er vragen zijn over de ontwikkeling van hun kind, maar ook scholen kunnen advies inwinnen als er zorgen zijn over de ontwikkeling van een bepaalde leerling. Een kinderpsycholoog kan dan besluiten tot het doen van diagnostisch onderzoek (zie ook: hier) om een helder beeld te krijgen van de problematiek, of er kan meteen een begeleidingstraject worden gestart. Deze begeleiding kan in de vorm van (oplossingsgerichte) gesprekken met kinderen of de kinderpsycholoog kan ouders advies geven met betrekking tot doorverwijzen naar bijvoorbeeld de tweede lijn.
Kinderen kunnen met een kinderpsycholoog praten over onderwerpen die hen bezighouden, zoals onzeker zijn, de scheiding van ouders, rouwverwerking en verlies, angsten, et cetera.
Samen met het kind en ouders werkt een kinderpsycholoog aan een oplossing voor het probleem dat wordt ervaren. Als de problemen (ook) liggen op school, verdient het de voorkeur dat ook school (deels) betrokken is bij de begeleiding.